Karate-do is de - uit historie ontstane - Japanse benaming voor deze ongewapende gevechtskunst. Deze gevechtskunst is vanuit China en de Ryukyu eilanden (Okinawa) in het "vaste land" Japan gekomen. De huidige letterlijke betekenis is: lege (Kara) hand (te). De term "do" staat voor "de weg". Deze vertegenwoordigt de persoonlijke ontwikkeling van de beoefenaar. Een feit is dat als iemand continu kritisch traint en blijft trainen - buiten op het gebied van vaardigheid - tevens op allerlei persoonlijk gebied ontwikkeling doormaakt. Binnen de "do" vormen is de persoonlijke ontwikkeling en groei het belangrijkst en staat boven de daadwerkelijke absolute (praktische) vaardigheid. Groei en ontwikkeling vindt eenvoudigweg plaats bij alles waar we veel en kritisch mee bezig zijn. In de Japanse krijgskunst is dit dus benoemd door de term "do" zoals in: Ju-do, Ken-do, Aiki-do enzovoorts. Het ander begrip wat we veel zien is de term "jutsu" welke staat voor vaardigheid en techniek. Tegenwoordig worden de termen "do" en "jutsu" veel door elkaar gebruikt. Dit is ook logisch, daar de grens hiertussen niet altijd strak is aan te geven. De "do" vormen zijn over het algemeen moderne vormen. De jutsu vormen zijn oorspronkelijk ouder en hebben een meer martiaal karakter. De effectiviteit van de techniek is daar namelijk het belangrijkst. Jutsu vormen werden vaak getraind en onderhouden om daadwerkelijk te kunnen toepassen op het slagveld. Denk aan de Japanse krijgskunsten als: Ken-jutsu, Aiki-jutsu, Ju-jutsu enzovoorts.
Karate kent verschillende stijlen. Oorspronkelijk trainden leerlingen in kleine groepjes bij een bepaalde leraar. Van stijlnaam was geen sprake. In de periode dat het Karate populairder werd in Japan en er meer en meer promotie van het Karate plaatsvond, werd organisatie en structuur belangrijker. Japan kende natuurlijk een rijke martiale historie en de daaruit ontstane krijgskunsten. Een "nieuwe" gevechtskunst daarbij positioneren betekende ook het verkrijgen van erkenning vanuit de Dai Nippon Butoku Kai. Eén van de voorwaarden was dat Karatestijlen benoemd moesten gaan worden. De meest gekende "Japanse" Karatestijlen zijn: Shotokan, Wado-ryu, Shito-ryu, Goju-ryu en Kyokushinkai. Binnen onze school wordt het Shito-ryu getraind.
Een mogelijke definiëring voor Karate-do is: "Een ongewapende vechtkunst waarbij je middels het beoefenen en trainen van gevechtstechnieken en -methodieken persoonlijk ontwikkeling doormaakt op fysiek, mentaal en maatschappelijke gebied."
Het komt wellicht niet heel duidelijk naar voren in de vermelde definiëring van Karate-do, maar Karate-do is absoluut een gevechtskunst voor het leven! De persoonlijke groei en ontwikkeling is in een ideaal geval een continu proces. Het Karate-do omvat inhoudelijk enorm veel; er is feitelijk altijd ruimte voor groei en ontwikkeling. Deze kan bijvoorbeeld in de fysieke sfeer liggen als sneller en krachtiger worden, in de meer tactische sfeer als betere timing en reactie e.d., of wellicht in de mentale sfeer als het aankunnen van verlies, winst, stress, onder druk staan en acceptatie. Mooie is ook nog dat dit alles eventueel samensmelt in één geheel ofwel de eenheid van lichaam en geest, een eenheid van bewegen. Dat laatste is wellicht hetgeen bedoeld wordt met Shin Gi Tai Ichi (Eenheid van mind/spirit techniek en lichaam). Er is meer dan genoeg uitdaging in ieder geval om een leven lang te kunnen blijven trainen, groeien en ontwikkelen!!
Als reeds vermeld werden op een bepaald moment in Japan de stijlnamen toegekend aan het Karate. Binnen onze school trainen wij het zogenaamde Shito-ryu Karate-do. "Shito" is in feite de stijlnaam ("ryu" betekent "school"). Deze naam is gegeven door de grondlegger van onze stijl: Mabuni Kenwa. Mabuni Kenwa Soke is geboren op 14-11-1889 in Shuri (Okinawa). Op zijn 10e jaar leerde hij het kata Naifanchin (Tekki/Naihanchi) van Mitayoshi, een bediende van de familie.
Op zijn 13e werd hij geïntroduceerd aan Itosu Anko (1830 - 1915). Itosu Anko is een van de belangrijkste personen in de geschiedenis voor de promotie van het Karate. Hij heeft onder meer het Karate geïntroduceerd op de scholen in Okinawa. In de zelfde periode heeft hij de kata Pinan 1 t/m 5 ontwikkeld. Meester Itosu Anko is de belangrijkste leraar geweest voor Soke Mabuni Kenwa met betrekking tot het Shuri-te (ongewapende gevechtskunst uit het dorp Shuri).
Mabuni Kenwa werd op zijn 20e door zijn vriend Miyagi Chojun Soke (1888 - 1953; grondlegger van het Goju-ryu) geïntroduceerd aan Higaonna Kanryo (1852 - 1915) uit Naha. Higaonna Kanryo had meer dan 10 jaar in het zuiden van China (Fujian) Fuchan Kempo onderwezen gekregen. Meester Higaonna Kanryo is de belangrijkste leraar geweest voor Mabuni Kenwa met betrekking tot het Naha-te (ongewapende gevechtskunst uit het dorp Naha).
Mabuni Kenwa is na de afronding van zijn studie en militaire dienst bij de Okinawaanse politie gaan werken. Het politiewerk heeft hem veel mogelijkheden geboden om in de breedte Ryukyu Kobujutsu (klassieke krijgskunsten van Okinawa) te beoefenen. Later is Mabuni Kenwa zich full-time gaan bezig houden met het Karate.
Naast Shuri-te (van Itosu Anko) en Naha-te (van Higaonna Kanryo) is er een derde leraar van wezenlijke invloed geweest op het Shito-ryu Karate van Mabuni Kenwa: Go-Kenki (Wú Xiánguì)! Go-Kenki was een Chinese theehandelaar wie zich had gevestigd in Naha. In de avonduren onderrichte hij het Chinese "white crane boxing" (Hakaku-Ken). Mabuni Kenwa onderhield een goede vriendschap met Go-Kenki. Go-Kenki leerde hem een aantal Chinese "white crane" vormen. In het Shito-ryu Karate zijn een aantal kata (vormen) behouden gebleven waarin de invloed van Go-Kenki aanwezig is.
Mabuni Kenwa was voor zijn tijd een echte researcher van het Karate. Hij stond later bekend als een levende encyclopedie voor het Karate met de bijbehorende enorme diversiteit van vormen en applicaties! In 1928 verhuisde Mabuni Kenwa definitief naar Osaka voor de verdere promotie van het Karate in Japan. Mabuni Kenwa Soke overleed op 23 mei 1952.
Het Shito-ryu kent, evenals andere karatestijlen, inmiddels veel substijlen. Dit als gevolg van voortschreidende inzichten van navolgende generatie(s) leraren en hun ontwikkelingen. Wat is nu het erfgoed in het Shito-ryu Karate? Ofwel wat is het nalatenschap op karategebied van Mabuni Kenwa Soke? Dit is uiteraard niet allemaal even goed te definiëren en omschrijven. Bedenk bijvoorbeeld ook dat gevechtskunsten als deze vooral door persoonlijk onderricht en door veel oefening werden meegegeven. De kennis en kunde ging voort van leraar naar leerling enzovoorts. Afhankelijk van de interesses en de ontwikkelingen van de leraar, kreeg de leerling in een bepaalde periode inzichten en belangrijke aspecten overgeleverd. Een andere leerling die wellicht even lang bij deze leraar heeft getraind maar in voledig een andere periode krijgt andere accenten en inzichten mee. Ook voor het Shito-ryu Karate-do geldt uiteraard dat diverse leraren en leerlingen zeker delen van het erfgoed van Mabuni hebben meegegeven volgens de tradities van het doorgeven naar de volgende leerlingen en/of generaties.
Het Karate van Mabuni Kenwa valt op door zijn enorme diversiteit. Zijn Karate als gevechtskunst is wellicht het best te omschrijven als een goede blend van verschillende leraren en stromingen in zijn tijd. Mabuni Kenwa had een goed karatefundament èn de mogelijkheden om deze tijdens zijn verdere leven te verfijnen, te verdiepen en te delen. We zien in de publicaties van Mabuni Kenwa -en hebben het ook ervaren tijdens talloze stagetrainingen van de navolgende generatie(s)- dat bunkai (analyse/applicatie) een didactisch integraal onderdeel is van katatraining. Binnen het Shito-ryu curriculum zijn veel kata aanwezig, maar we kunnen stellen dat Mabuni Kenwa verder ging dat enkel vormen verzamelen; ook de inhoud van die vormen was iets waarmee hij bezig was en wat hij ook gestimuleerd heeft naar de navolgende generaties. Ook de huidige generatie zet dit principe van bunkai als didactisch integraal onderdeel van kata voort! Bijkomend voordeel nu is dat de wereld wellicht kleiner is, waardoor er meer kennis en kunde voorhanden is van (praktische) applicaties.
Bij registratie van de Shito-ryu stijl in de jaren ‘30 van de 20e eeuw waren er 33 kata opgenomen. Later zijn deze meer en meer uitgebreid en op dit moment zijn er meer dan 60 kata in het Shito-ryu. Of deze daadwerkelijk allemaal door Mabuni Kenwa werden beoefend en onderricht lijkt zeer onwaarschijnlijk. Er zijn kata toegevoegd in de loop van de tijd.
De naam Shito is afgeleid van de Japanse karakters voor de namen van Itosu en Higaonna. Het karakter voor "Shi" is identiek aan het karakter voor "Ito" in de naam Itosu; het karakter "to" is identiek aan het karakter "Higashi" in de naam Higashionna (Higaonna). Het logo van Shito-ryu is het familiewapen van Mabuni. De cirkel staat symbool voor vrede en harmonie. De verticale en horizontale lijnen staan voor de kalligrafie karakters "persoon" of "mensen". In feite heeft het familiewapen de betekenis: "Mensen die werken in vrede en in harmonie".
De kata met de wortels bij Itosu en Higashionna werden als eerste teruggevonden in een vermelde katalijst voor het Shito-ryu in 1938:
Het is aannemelijk dat dat deze opdeling van kata gebaseerd is op onderricht van de vermelde leraren (Higashionna en Itosu) en/of hun leerlingen. Gezien deze lijst dateert van kort na de oprichting van de school, kunnen we stellen dat deze 33 kata in ieder geval deel uitmaken van het erfgoed van Mabuni Kenwa.
Destijds werd de lijst al aangevuld met kata welke hij had meegekregen uit de lijn van de meesters Aragaki (Sochin, Unsu en Niseishi) en Matsumura (Seisan, Rohai). De geschiedenis vertelt ons ook dat Mabuni Kenwa kata heeft toegevoegd, geïnspireerd door meester Go-Genki (Haffa, Hakucho, Nipaipo, Papuren).
Het Shito-ryu welke zijn naam heeft ontleend aan Itosu en Higashionna groeide uit tot een school met een enorme diversiteit: Itosu-ha, Higashionna-ha, Arakagi-ha, Matsumura-ha, Go-genki-ha etc. Langzaam aan is de katalijst uitgegroeid tot een enorm aantal vormen. Ook varianten van kata zijn gaandeweg opgenomen in het curriculum van de school. Vaak werd een persoonsnaam of plaats toegevoegd aan de naam (Tomari Wanshu, Chatanyara Kosokun, Ishimine no Bassai etc). Mabuni Kenwa zal erg gedreven zijn destijds in behoud van de traditionele karatevormen. Het kost immers veel energie en vraag veel effort om al die kennis en kunde eigen te maken en door te geven. Hier was hij dan ook met verve in geslaagd, daar er veel karatemeesters zijn geweest die hun leerlingen bij Mabuni introduceerde, zodat deze de kans kregen hun kennis en kunde in het Karate en traditioneel kata te verhogen.
Buiten de reeks van kata, overgeleverd door traditie en voortvloeiende ontwikkelingen van diverse leraren, heeft Mabuni Kenwa ook nog een aantal kata zelf, of in samenwerking met andere meesters, ontwikkeld. Deze zijn:
Het Shito-ryu is een stijl ontwikkeld vanuit een overlevering vanuit diverse leraren en scholen, doch met een sterk en gedegen fundament als uitgangspunt. Het is aannemelijk dat tijdens de overlevering van de inhoud van al deze vormen een deel van de details en diepgang verloren gegaan zijn. Dit omdat alleen al het doorgeven en delen van dit enorme pakket praktisch een levenswerk is. Het is -gezien de jonge leeftijd waarop Mabuni Kenwa is overleden- niet waarschijnlijk dat hij dit volledig heeft kunnen realiseren. Waarschijnlijk stond hij zelf nog midden in de ontwikkeling en het “pad” van het Shito-ryu Karate-do.
Het Shito-ryu is wellicht beter te doorgronden door ook met open mind een diversiteit gevechtsstijlen te proeven en beoefenen, derhalve het erfgoed van Mabuni Kenwa beter te begrijpen. Veel grondleggers hebben bij meerdere meesters de gevechtskunst gepraktiseerd en er zijn in die trend ook veel leraren later in Japan geïntroduceerd bij Mabuni om hen meer te leren over kata en karate. De wijze waarop gaandeweg getraind werd bij meerdere meesters verliep vermoedelijk heel anders als nu in onze Westerse cultuur. Dit door enerzijds de tijdgeest, maar anderzijds ook door cultuurverschil. Een introductie was vereist om kans te maken als leerling te worden aangenomen. Op het moment dat men als leerling werd aangenomen werd dat ook als een eer ervaren. De kansen die hierdoor werden gegeven, werden heel serieus genomen en werd er met volle aandacht de gevechtskunst beoefend. Het was ook niet vreemd dat je leraar je elders introduceerde om zo verder te kunnen ontwikkelen.
Voor het beter kunnen doorgronden van het erfgoed van Mabuni Kenwa Soke zou het goed zijn het volgende in overweging te nemen:
De kata uit de “Itosu” en de “Higashionna” lijn verschillen van “karakter” en “principes” in uitvoering. Het is een uitdaging om deze te ervaren en te doorgronden.
Met het enorme aantal kata in de Shito-ryu school is het een uitdaging de rijkdom te vangen van de diversiteit in de karakters. Zeker door de popularisering van het Shito-ryu in wedstrijdkata is het risico daar op een gelijke uitvoeringsvorm voor alle kata. Enerzijds heel begrijpelijk vanuit beoordelingscriteria en het zo hoog mogelijk moeten scoren in deze jury-sport, maar het doet anderzijds de inhoudelijke diversiteit te kort van het Shito-ryu. Deze diversiteit is een essentieel deel van het erfgoed van Mabuni Kenwa, gebaseerd op hetgeen we (hebben) kunnen en mogen ervaren middels het onderricht van de navolgende generaties.
Naast het curriculum aan kata heeft Mabuni Kenwa ook een aantal principes en trainingsaccenten specifiek benoemd. Deze zijn:
Dit lijkt een hele korte lijst, maar als we deze bekijken als inderdaad principes en trainingsaccenten welke frequent in de trainingen passeren in willekeurige mixen en applicaties, mag je stellen dat deze een oneindig integraal onderdeel zijn van onze gevechtskunst.
Als eerder aangegeven zien we vanuit de overlevering dat applicaties/bunkai didactisch onlosmakelijk zijn met kata. Dit niet enkel vanuit ervaringen van trainingen van de navolgende generatie(s), maar ook in Mabuni Kenwa‘s publicaties en boeken zien we dit duidelijk terug. Naast de diversiteit aan bunkai kumite, zijn er de 5 Yakusoku Kumite/Hokei Kumite als vastgelegde vormen bewaard gebleven.
Last but not least is daar de de omschrijving “Kunshi no Ken” als centraal thema voor het Karate volgens Mabuni Kenwa: “de vuist van de edelen”. Het Karate is niet enkel een fysieke gevechtsdiscipline, maar het draagt ook bij aan ontwikkeling van de geest en aan de vorming van respectvolle medemensen in de maatschappij.
Het erfgoed van Mabuni Kenwa omvat natuurlijk buiten het curriculum van de school uiteraard ook subtiele principes en overleveringen, welke van generatie op generatie zijn doorgegeven. Deze generaties verkrijgen gaandeweg ook weer hun ervaringen, implementaties en belevingen welke zij doorgeven. Het Shito-ryu als stijl en met het bijbehorende erfgoed ‘leeft’ daardoor uiteraard voort!
BRONNEN:
Kihon staat voor de basis, de fundamenten. Het trainen en perfectioneren van de basis komt in de meeste Japanse krijgs- en gevechtskunsten terug. Het oude karate vanuit de Ryukyu eilanden bestond grotendeels uit Kata(vorm), Bunkai Kumite(toepassingen) en Hojo Undo(ondersteunende training). Met de modernisering en popularisering in Japan is Kihon een belangrijk aspect geworden in het Karate-do. Kihon was in die tijd in de bestaande Japanse krijgskunsten een didactisch onderdeel in de school.
Kihon in het Karate-do wordt doorgaans solo uitgevoerd. De Karateka traint technieken en/of combinaties om deze te verbeteren en verder te perfectioneren. Dit om de fundamenten in detail te gaan beheersen. Afhankelijk van het trainingsdoel worden enkelvoudige technieken of combinaties daarvan getraind. Dit kan zowel op de plaats, als met verplaatsingen in diverse richtingen.
Kihon is evenals Kata en Kumite een verplicht onderdeel bij de presentaties naar bepaalde graden/banden (“examens”). De karateka wordt hierbij getoetst in de mate van beheersen of de mate van groei in basis. De verzameling technieken (waza) uit de Kihon van het Karate-do kunnen we opdelen in:
Praktische iedere les start met een warming-up (Junbi Undo = voorbereidende oefeningen). Bij voorkeur passen we een funcionele warming-up toe als voorbereiding van de les zelf. Meestal volgt hierna Kihon. Ook deze kihon is afgestemd naar hetgeen die les getraind wordt ofwel in functie van de doelstellingen van de les of training. Dit kan een specifieke (groep) techniek(en) zijn, een bepaald Kata of een specifieke technische vaardigheid toegepast in Kumite. Kihon is in het Karate-do een geïntegreerd didactisch onderdeel!
Het hart van praktisch alle Japanse krijgskunsten is Kata. Kata betekent "vorm" en deze vormen zijn en worden van generatie op generatie doorgegeven. Binnen het Karate is dit doorgeven van Kata van generatie op generatie de manier geweest voor het behoud van deze Okinawaanse gevechtskunst. Publicaties en/of het vastleggen van vormen op schrift gebeurde pas later. Dit was binnen de Japanse Koryu (oude scholen) veel meer gebruikelijk. Kata heeft een essentiële historische en didactische waarde voor het leren van krijgs- en gevechtskunsten. Kata betreffen vaste vormen welke worden aangeleerd, getraind en eigen gemaakt. In deze vormen zitten allerlei techieken en principes verwerkt welke door herhaling met kritische aandacht ontwikkelen en worden eigen gemaakt. We zien een dergelijke methode ook in moderne vormen van nu. Vaak zijn het dan vaste partneroefeningen, ook om bepaalde technieken of principes aan te leren, te trainen en eigen te maken. Meestal wordt dat een bepaalde "drill" genoemd, maar valt uiteraard ook onder het begrip Kata. Kata kunnen zowel vaste "solo"- als "partner"-vormen zijn. Binnen het Karate-do worden met Kata meestal vormen bedoeld welke solo uitgevoerd worden. Partnervormen zijn ingedeeld onder Kumite, wat "samenkomen van de handen" betekent. Het eigen maken van Kata is enkel mogelijk in combinatie met Kumite. Gerelateerd aan Kata wordt meestal de term Bunkai Kumite gebruikt. Bunkai betekent analyse. Die analyse of implementatie kan op diverse niveaus worden uitgevoerd. Dit is ook noodzakelijk in het leerproces.
Sommige Kata zijn relatief jong; zij zijn vaak vanuit pedagogisch oogpunt gemaakt om de betreffende krijgskunst meer toegankelijk te maken voor een breder jong publiek. Karate ontwikkelde langzaam van praktisch één op één onderricht naar lessen voor grote groepen. In de huidige curricula van de diverse stijlen worden de fundamenten voor een groot deel bepaald door deze modernere vormen.
Indien de toelichting betrekking heeft op het Karate afkomstig uit een bepaald dorp, wordt deze vermeld voor het begrip "te" wat een oudere benaming van het Karate uit de Ryukyu eilanden betreft. In het geval van Shito-ryu Karate spreken we dan over Shuri-te, Naha-te en Tomari-te. Indien het een vorm of school vanuit een bepaald persoon betreft, wordt vaak de term "ha" achter de naam toegevoegd. Binnen het Shito-ryu komen we dit bijvoorbeeld tegen bij scholen als Motobu-ha Shito-ryu, Tani-ha Shito-ryu, Hayashi-ha Shito-ryu en Inoue-ha Shito-ryu.
In het Shito-ryu Karate-do veronderstellen we dat de basis voor het Shuri-te gevormd wordt door de training van de 5 Pinan Kata welke ontwikkeld zijn door Itosu Anko. Vanaf 1895 werden de Pinan Kata algemeen onderricht op de basisscholen in Okinawa. Praktsich alle stijlen met haar wortels in het Shuri-te hebben de 5 Pinan in het programma. De Kata worden ook wel Heian genoemd, welke de Japanse uitspraak betreft voor dezelfde karakters. Pinan is de Okinawaanse uitspraak. Vertaald vanuit het Japans is de betekenis "vrede & rust", vanuit het Chinees is de betekenis "veilig en wel". Op zich een interessant verschil, daar de Japanse betekenis meer neigt richting het later ontstane Karate-do en de Chinese meer richting het klassieke Karate-jutsu.
De 5 Pinan Kata zijn veelal gekoppeld aan de kyu-graad (junior-graad/bandkleur) van de betreffende karatestijlen. De Pinan Kata zijn de voorbereiding naar klassiekere Kata als Kosokun (Kushanku/Kanku) en Bassai (Passai). Ook in het Shito-ryu wordt verondersteld dat men de 5 Pinan Kata beheerst.
Na de tweede wereldoorlog zijn er wederom pedagogische vormen gemaakt welke gelden als voorbereiding naar de Pinan Kata. In het Shito-ryu kennen we hierin verschillende reeksen: Shiho Zuki (totaal 6), Juni no Kata (totaal 2) en Yotsu no Kata (totaal 4). Het verschilt in de praktijk een beetje per dojo en/of leraar welke worden gegeven voorafgaand aan de Pinan Kata.
De oude grootmeesters in het Shuri-te hebben volgens de verhalen eerst 3 jaren rond Naifanchin(Tekki/Naihanchi) getraind. Het fundament in Shuri-te werd oorspronkelijk gevormd middels deze Kata.
De andere grote invloed in het Shito-ryu Karate betreft het Naha-te. In de Okinawa stijlen van Naha speelt het Kata Sanchin een centrale rol. Het is aannemelijk dat het Sanchin Kata voor Naha-te dezelfde functie heeft als de Naifanchin Kata voor Shuri-te: het ontwikkelen van een solide basis.
In het Shito-ryu wordt in de basis het Sanchin Kata uitgevoerd met de gesloten hand (vuist). Later wordt het Kata ook uitgevoerd met open hand (Sanchin Kaishu). Deze laatste benadert qua vorm meer de oorspronkelijke Sanchin Kata. Vermoedelijk werd deze met open hand en met snelle, krachtige bewegingen uitgevoerd. Een dergelijke uitvoering zien we nog terug in het Uechi-ryu Karate.
Het Sanchin Kata is een relatief "harde" vorm. Miyagi Chojun Soke, grondlegger van het Goju-ryu Karate, heeft in 1921 een vergelijkbare "zachte" vorm gecreëerd: Tensho. Daar het Sanchin Kata heel direct en rechtlijnig oogt, is het Tensho Kata meer circulair en vloeiend van karakter. Zowel het Sanchin als het Tensho Kata betreffen "ademhalingsvormen" en dragen bij aan een fysiek en mentaal sterk fundament in het Karate.
Ook het Naha-te had te maken met het feit dat Karate Kata niet eenvoudig waren om te leren en vervolgens verder te ontwikkelen. Miyagi Chojun Soke ontwikkelde na 1936 daarom de twee Gekisaidai Kata. Binnen het Goju-ryu zijn dit de zogenaamde "beginners" Kata, vergelijkbaar met de 5 Pinan Kata uit de Shuri ontwikkelde stijlen. Mabuni Kenwa Soke, grondlegger van het Shito-ryu, was persoonlijk bevriend met Miyagi Chojun. Voor het Shito-ryu maakte Mabuni Kenwa het Kata Shinsei. De inspiratie voor dit Kata zijn de Gekisaidai Kata geweest.
Mabuni Kenei Soke (oudste zoon van Mabuni Kenwa) heeft in 1996 Nederland bezocht en een aantal stage trainingen gegeven. Shinsei was een centraal kata in die trainingen en er werd aangegeven destijds dat de Shinsei Kata even belangrijk is als de Pinan Kata. Mabuni Kenei Soke vermelde destijds specifiek dat Shinsei, Sanchin en Tensho de fundamentele basiskata uit het Naha-te. Mabuni Kenei Soke heeft een tweede Shinsei kata gemaakt; inspiratie voor deze vorm waren de Gekisidai en de Pinan Kata.
Ook White-Crane Quanfa vindt men terug in zowel "harde" als "zachte" vormen. In het traditionele Shito-ryu als doorgegeven door Mabuni Kenei Soke, wordt het zachte aspect geaccentueerd in de Go-Kenki Kata. De Kata zijn soepel, vloeiend en harmonieus. Het fijne en lichte karakter van de Go-Kenki Kata ziet men - ondanks ook de populariteit in het Sportkarate - zelden terug in een wedstrijdvorm. Echter, de natuurlijke vloeiende bewegingen van deze vormen wel de link naar het meer Chinese karakter van deze Kata.
Kumite betekent "samenkomen van de handen" en staat dus voor al het partnerwerk binnen het Karate-do. We spreken in het algemeen over partner trainingsvormen, daar je in de oefenvormen niet werkt met een tegenstander, maar met een medekarateka die jou helpt te groeien en beter te worden. Binnen alle Budo-disciplines is het gebruikelijk om samen te werken naar groei en ontwikkeling. Onder Kumite vallen alle mogelijk partnervormen waarin applicaties van technieken worden toegepast. Dat betekent dus een zo compleet mogelijke integratie van de applicaties van technieken! Kumite welke als sport wordt toegepast heeft enerzijds absoluut haar toegevoegde waarde en specialisme, maar is anderzijds erg beperkt vanuit de enorme diversiteit aan technieken en vormen welke het Karate kent. Het mag duidelijk zijn dat Kihon (basis/fundament), Kata (vorm) en Kumite (partnerwerk) een integraal geheel zijn in het Karate-do.
De meeste Japanse stijlen kennen didactisch de aanvang met éénstaps en meerstaps basisvormen. Vaak zijn deze benoemd als Kihon Ippon Kumite (1-staps), Sanbon Kumite (3-staps) of Gohon Kumite (5-staps). Meestal worden deze gezien als beginners Kumite, maar dat doet deze oefeningen te kort. Met name de Kihon Ippon Kumite hebben veel praktische trainingswaarde. De vormen zijn eenvoudig, kort en effectief!
Een aantal trainingsvormen van Kumite welke in het Shito-ryu Karate-do voorkomen zijn hieronder nader toegelicht.
Ippon Kumite betreffen partnervormen tegen een enkelvoudige aanval. Deze worden het meeste toegepast in trainingen. Ook in andere ongewapende Japanse krijgskunsten komt dit het meeste voor. Je krijgt een aanval en leert op verschillende manieren hiermee om te gaan. De éénstaps Kumite met als doel het aanleren en polijsten van het fundament(de basistechnieken) noemen we Kihon Ippon Kumite. Let op, het eigen maken van het fundament in Kumite is het totaal van fysieke technieken, timing, afstand en positie. Dat vergt veel trainingsuren en kritische aandacht. Je kunt ook hierin diverse principes en verplaatsingsrichtingen toepassen. In het Shito-ryu Karate-do zijn 5 principes expliciet benoemd onder "Uke no Gogenri" en de verplaatsingsrichtingen zijn benoemd onder "Tenshin Happo". Verderop zijn beide nader toegelicht.
Yakusoku Kumite zijn afgesproken partnervormen. In feite zijn dit Kata. Het Shito-ryu Karate-do kent vanuit de grondlegger Mabuni Kenwa één serie Yakusoku Kumite. Dit zijn 5 afgesproken Kumite vormen met elementen uit de overeenkomstige 5 Pinan Kata. Deze serie wordt ook wel Pinan Hokei Kumite genoemd. Hokei betekent evenals Kata: "vorm".
Vooral karatestijlen met veel Japanse invloeden uit het Jujutsu of Aikijutsu kennen meerdere Yakusoku Kumite. Yakusoku Kumite zijn Kata met partner welke didactisch heel gebruikelijk zijn in de klassieke Japanse krijgskunsten. Het Jujutsu en Aikijutsu zijn historisch voortgekomen uit de gewapende Japanse martiale krijgskunsten. Deze scholen kennen veel kata met partner, wat we in het Karate kunnen definiëren als Yakusoku Kumite. Het Wado-ryu Karate is het bekendste voorbeeld van een Karatestijl met Yakusoku Kumite als gevolg van de invloeden van het Japanse Jujutsu.
Bunkai Kumite in Karate betreffen partnervormen als gevolg van de analyse van Kata. Kata en Kumite zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. In Kata zitten technieken, vormen en principes die je als het ware zonder partner traint. Het analyseren van deze vormen en principes is Bunkai. Bunkai is een belangrijke link naar traditioneel Karate. Kata was oorspronkelijk de encyclopedie van deze gevechtskunst welke van generatie op generatie (of in kleine groepen) werd doorgegeven. Het is bekend dat Kata om verschillende redenen de nodige modificaties hebben gekregen. Op zich zijn deze vormen nog steeds interessant om te analyseren en kan men naar legio applicaties en principes toe werken. Veel Bunkai zijn inmiddels (her)ontdekt; verschillende karateka hebben zich hierin gespecialiseerd. Belangrijk aangaande Bunkai is dat men de (ped)agogiek niet uit het oog verliest en dat je je als karateka laat inspireren uit allerlei invalshoeken. Het proces van leren en eigen maken kost tijd en energie. Vaak willen we "bochten afsnijden" en snel resultaat halen. Dit past minder goed in budo; we vinden het belangrijk om te ondergaan en vormen eigen te maken, voordat we direct al conclusies trekken en er meningen over vormen. Het proces is eenmaal belangrijk in "do" disciplines. Maar, niet ieder mens is hetzelfde; wat voor de één prettig en makkelijk werkt, zal voor de ander niet geschikt zijn. Hier kom je met name achter door veel verschillende applicaties te verkennen en uit te vinden wat je wilt uitdiepen en trainen. Praktisch zal dit onder meer gekoppeld zijn aan het favoriete kata van de karateka (daar is de interesse het hoogst en zijn de solo bewegingen reeds het meest eigen gemaakt) en de ervaring en/of tijd dat de karateka reeds traint.
Juyi Kumite betreft het zogenaamde sparren. Dit is erg leuk om te doen en de meeste mensen zijn wel in voor een vorm van "wedstrijdje" in een gecontroleerde omgeving. Het zal je positief confronteren en het zal je vervolgens doen groeien in je Karate. Randori is feitelijk hetzelfde, maar deze term wordt meer toegepast in (Aiki)Jujutsu. Deze term is wellicht beter om aan te geven deze vorm van Kumite een zo compleet mogelijke manier van sparren betreft. Dit is niet beperkt met "slaan en schoppen", maar ook vastgrijpen, naar de grond brengen en het grondwerk mag worden toegepast tijdens het sparren in de dojo. Uiteraard afgestemd op de 2 betreffende karateka. De dojo is een oefenruimte waarbij je werkt aan je groei. Juyi Kumite vindt plaats in de dojo en is dus geen gevecht!
Mabuni Kenwa benoemde een aantal specifieke principes in het Karate-do. Twee belangrijke hierin welke betrekking hebben op Kumite zijn Tenshin Happo en Uke no Gogenri.
Tenshin Happo staat letterlijk voor het verplaatsen (tenshin) in 8 (happo) richtingen. Als overeenkomstig met veel culturen hebben getallen meer betekenis dan enkel de numerieke waarde. Het getal acht staat symbool voor "veelheid" of "oneindig". In feite wordt met Tenshin Happo het verplaatsen in alle richtingen bedoeld. Verplaatsen is essentieel in Kumite, daar hiermee de lichaamspositie bepaald wordt. Het positioneren van het lichaam wordt in het algemeen Taisabaki genoemd.
Tenshin Happo wordt vaak getraind als Kihon reeks in 8 richtingen en vervolgens wordt de applicatie toegepast van deze reeks als Bunkai. Deze vormen liggen niet vast; afhankelijk van je niveau en de principes welke je wilt trainen kun je Tenshin Happo trainingsvormen samenstellen en toepassen.
Tijdens een bezoek in 2004 in de de Yoshukan dojo in Osaka voor onderricht van Mabuni Kenei Soke vermelde hij dat Tenshin Happo het belangrijkste is in Karate. Verplaatsingen zijn belangrijk. Dit geldt in praktisch alle krijgs- en gevechtskunsten. De verplaatsingen (in combinatie met timing) zijn bepalend voor je positie. Positionering is het halve werk naar overwinning of in geval van krijgskunst overleving.
Uke no Gogenri staat voor 5 principes van ontvangen. Vaak is het omschreven als 5 principes van verdedigen, maar de term "verdedigen" doet het begrip "uke" te kort. Ontvangen of ondergaan zijn betere verklaringen voor de term uke. Mabuni Kenwa Soke benoemde 5 principes van ontvangen: Rakka, Ryusui, Kushin, Teni en Hangeki. Een korte verklaring van deze principes:
Rakka: "Een bloem doen vallen". Hiermee wordt gedoeld op verdedigen zonder te verplaatsen. Een vrij "harde" manier, die praktisch veel voorkomt.
Ryusui: "stromend water". Dit komt neer op verdedigen zonder tegenkracht, ofwel met de beweging mee. Een vrij "zachte" manier, in feite het principe van Judo
Kushin: "vouwen van het lichaam" (veerkracht). Dit komt neer op fysiek van laag naar hoog of andersom bewegen. Een soort absorptie van de aanval en daarna als een veer direct vervolgen met je tegenaanval.
Teni: "verandering van positie door verplaatsing". Dit komt in feite bij iedere vorm van Kumite voor, met uitzondering van het Rakka principe.
Hangeki: "tegenaanval". De verdediging is ook direct de tegenaanval, het Sen no Sen principe is vergelijkbaar. Je anticipeert op de aanval middels een fractie eerder de tegenaanval te geven. Dit principe kom je veel tegen bij klassieke krijgskunsten waarbij Bujutsu toegepast wordt, ofwel "het stoppen van het gevecht". Bij de ontvangst/verdediging counter je dan ook direct; dat gevecht moet namelijk zo snel mogelijk stoppen.
Als je kumite vormen analyseert kom je meestal een mix van deze bovenstaande principes tegen. Principes zijn in een later stadium van trainen belangrijk, daar je hiermee de exacte vormen loslaat en je gaat werken naar het eigen maken van principes. Dit past perfect in het idee van DO, de weg, ofwel groei en ontwikkeling. Uiteraard op fysiek gebied, technische vaardigheid en op mentaal gebied.
Hojo Undo staat voor “ondersteunde training”. In praktisch iedere dojo wordt in meer of mindere mate ondersteunende training toegepast. Denk hierbij aan eenvoudige zaken als het opdrukken, training met trapkussens, maar zelfs krachttraining met halters ten dienste van het Karate zou je kunnen scharen onder Hojo Undo.
Regelmatig besteden we een deel van de training aan Hojo Undo. Enerzijds met meer traditionele tools, anderzijds met modernere middelen en ook eenvoudigweg met het menselijk lichaam zelf. Voorop staat dat de oefeningen ten dienste van het algehele Karate-do staan en uiteindelijke bijdragen aan de optimalisatie van de technieken als totaalbeweging. Kenmerken als stabiliteit, timing, ademhaling, coördinatie en intentie komen hierbij samen.
In onze dojo werken we onder meer met de volgende “tools”:
Daarnaast zijn er natuurlijk heel veel oefeningen denkbaar zonder gebruik van extra attributen. Denk bijvoorbeeld aan:
We vinden het belangrijk dat we deze ondersteunde trainingen of Hojo Undo toepassen ten dienste van de ontwikkeling van het algehele Karate van de karateka. Veelal passen we dan ook totaalbewegingen toe met aandacht voor bewegingsketens, timing, ademhaling en focus!